Tijdens het Nederlandse Tech Verkiezingsdebat zijn (kandidaat)-Kamerleden het roerend met elkaar eens te zijn: digitalisering en AI zijn de sleutels tot innovatie en economische groei. Tegelijkertijd lijkt niemand te weten hoe we deze technologie kunnen inzetten en ontwikkelen zonder democratische waarden en privacy te ondermijnen. Het resultaat is een reeks beloften over kapitaal, talent en onderwijs, maar zonder visie op de mens achter technologie.
Door Mirte van der Sangen
Op 7 oktober 2025 vond in aanloop de naar de Tweede Kamerverkiezingen het Nederlandse Tech Verkiezingsdebat plaats bij The Hague Tech. Politici en bedrijven (zie onderaan de pagina) gingen hierbij in gesprek over hun visie op digitalisering en AI.
Het publiek bestond grotendeels uit ondernemers en vertegenwoordigers van de technologiesector. Dat maakte het des te relevanter om te zien of politici zich in dat klimaat beperkten tot daarbij passende optimistische groeiverhalen, of ook oog hadden voor de ethische en maatschappelijke kant van technologie.
Geld genoeg, visie te kort
Over één ding bestaat brede overeenstemming: Nederland investeert te weinig in zijn toekomst. De roep om meer durfkapitaal klinkt unaniem. GroenLinks-PvdA wil een toekomstfonds van 25 miljard euro, Volt wil inzetten op EuroBonds en één kapitaalmarkt, en het CDA pleit voor een nationale investeringsinstelling. VVD en D66 benadrukken vooral het belang van stabiel fiscaal beleid en behoud van regelingen die innovatie moeten stimuleren.
Toch blijft onduidelijk waar Nederland dan precies in moet investeren. De woorden “AI” en “digitalisering” klinken als toverformules, maar achter de politieke eensgezindheid daarover ontbreekt een concreet idee over richting en doel.
Volt: technologie moet de vrijheid dienen
Een uitzondering is Marieke Koekkoek van Volt. Zij stelt dat innovatie pas zin heeft als die bijdraagt aan maatschappelijke en ethische waarden. “We moeten niet zomaar innoveren omdat het kan, maar nadenken waarvoor we innoveren.”
Koekkoek pleit daarom voor een Europees kader dat ervoor zorgt dat technologische ontwikkeling de vrijheid van burgers waarborgt, in plaats van dat markten of staten bepalen hoe AI wordt ingezet. Volt zet daarom in op de ontwikkeling van hoogwaardige, mensgerichte technologie, met oog voor privacy, transparantie en controle.
Deze bijdrage legt een morele vraag op tafel die jammer genoeg niet beantwoord wordt: waarom willen we innoveren? Jammer genoeg slaagt ook Koekkoek zelf er niet in om concreet te maken hoe we mensgerichte technologie kunnen combineren met snelle technologische ontwikkeling. Het blijft steken bij een tamelijk abstract pleidooi voor Europese samenwerking.
Talent gezocht, grenzen getrokken
Ook botsen de idealen van partijen bij het vraagstuk naar hoe we aan talent komen om aan AI te werken. Volt en D66 willen internationale kenniswerkers aantrekken om de innovatiekracht te vergroten, terwijl VVD de bestaande expatregeling verdedigt.
Iedereen ziet ook het belang van onderwijs voor dit vraagstuk, maar niemand zegt hardop hoe Nederland de balans vindt tussen openheid en bescherming van de eigen arbeidsmarkt. Het CDA richt zich op regionale samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven, terwijl de ChristenUnie de nadruk legt op het opleiden van Nederlands talent.
Het meest concreet is de VVD, dat de instroom van studenten wil beperken tot studies die invulling geven aan “banen van de toekomst”. Als voorbeeld noemt Claire Martens – America (VVD) het recent afschaffen van de internationale opleidingen psychologie. Ze noemt alleen geen andere opleidingen waarop ze in de toekomst wil bezuinigen.
De mens achter de machine
Nederland verliest terrein in de AI-race, waarschuwen Natasha ten Cate (Booking.com) en Jitse Groen (Just Eat Takeaway) de politici. Toch blijven zij vooral hangen in abstracties, zoals “we moeten groots inzetten op AI.” Bovendien blijft de vraag boven het debat hangen wat we eigenlijk met technologie willen bereiken, en voor wie.
Tot die vraag beantwoord wordt, blijft AI in politiek Den Haag vooral een modewoord. Het klinkt slim, maar is inhoudelijk leeg. Zo faalt de politiek op twee vlakken. Zij bereikt noch de economische groei waar de ondernemers uit het publiek naar verlangen, noch slaagt ze erin een morele koploper te zijn voor privacy, democratie en mensgericht beleid.
Het Nederlandse Tech Verkiezingsdebat was een initiatief van NLTech, Techleap en Kickstart AI. Deelnemers waren (kandidaat-)Kamerleden Wimar Bolhuis (GroenLinks-PvdA), Maes van Lanschot (CDA), Claire Martens - America (VVD), Joost Sneller (D66), Marieke Koekkoek (Volt) en Christian van der Krift (ChristenUnie).
De stellingen werden ingeleid door Constantijn van Oranje (Techleap, Special Envoy), Jitse Groen (Just Eat Takeaway.com, CEO), Natasha ten Cate (Booking.com, SVP Marketplace), Nils Beers (KickstartAI, CEO), Jacqueline van den Ende (Carbon Equity, Co-Founder/CEO) en Merel Boers (Nicolab, Co-Founder/CEO).